[sws_ligne_bleu]Interview van Muriel Allart, “Housing First Brussels” Coördinatrice[/sws_ligne_bleu]

Photo M Allart petit

Veel daklozen kampen met geestelijke gezondheidsproblemen en verslavingen. De sociale vervreemding en de blootstelling aan het leven op straat maken deze alleen maar erger. Bovendien gebeurt het vaak dat het leven op straat een geestesziekte langer doet duren en ernstiger maakt. Daklozen met geestelijke stoornissen zijn het slachtoffer van een wisselwerking tussen zowel interne als externe factoren. Ze hebben al vaak geen gezinsleven meer, geraken verslaafd, enz. en moeten dan ook nog eens het hoofd bieden aan werkloosheid, armoede, het tekort aan betaalbare huisvesting, onvoldoende gezondheidsdiensten … Het is duidelijk dat dit allemaal de lichamelijke en geestelijke vermogens van een mens flink kan aantasten.

Helaas moeten we vaststellen dat de bestaande oplossingen voor de problemen van daklozen niet volstaan om de complexe leefsituatie van deze mensen weer in goede banen te leiden. Het huidige systeem moet dus afstappen van de traditionele modellen, en zich aanpassen aan de specifieke problemen van deze kwetsbare populatie. Het is voor de maatschappelijk werkers inderdaad moeilijk, onmogelijk zelfs, om specialist te zijn in de specifieke problemen van dakloosheid en tegelijk geestelijke gezondheidsproblemen of verslavingen grondig aan te pakken. Dat de aangeboden hulp multidisciplinair moet zijn, staat dus als een paal boven water.

We grepen de gelegenheid om aan Muriel Allart – coördinatrice van het project “Housing First Brussels” – een aantal vragen te stellen rond deze thematiek. Dit pilootproject biedt rechtstreekse huisvesting voor daklozen. Vertrekkend vanuit de stabiliteit van een vaste woonst, wordt een sociale begeleiding aangeboden, en niet andersom zoals het geval bij een traditionele aanpak. Bij Spullenhulp neemt de mobiele cel voor de strijd tegen verslavingen – “Syner’Santé” – tevens deel aan het project “Housing First Brussels”.

SMES-B is administratief verantwoordelijk voor het project “Housing First Brussels”. Kan u ons uitleggen wat “Housing First” en zijn Brusselse pendant eigenlijk is?

“Housing First” haalt mensen van de straat met het aanbod van een vaste woonst, zonder langs het vakje ‘heraanpassing’ te moeten gaan. Huisvesting wordt hier beschouwd als een grondrecht voor iedereen en als eerste voorwaarde voor de vroegere dakloze om weer de touwtjes van zijn leven in handen te nemen. Een dak boven het hoofd biedt de stabiliteit en de nodige zekerheid om het werk van de diensten rond de persoon in kwestie efficiënter te maken. Dit model beperkt zich echter niet tot het aanbieden van huisvesting. Het biedt ook begeleiding op maat van elke persoon. Hier worden de daklozen gezien als mensen die zelfstandig kunnen wonen en leven, voor zover ze aangepaste begeleiding krijgen.

housing first interview

In Brussel richt het project zich vooral tot de meest complexe profielen. Dat betekent dat wij de keuze maakten om ons in te zetten voor mensen die op straat leven en die met psychische problemen en verslavingen kampen.

Om deze complexe problemen aan te pakken, waarborgen de partners van het project eventuele begeleiding van de huurders. Deze begeleiding gebeurt op de eerste plaats door psycho-sociale begeleiders die steun krijgen van een coördinator.

De psycho-sociale begeleiders zijn dus de ruggengraat van het project, maar kunnen wel steunen op de andere medewerkers in het netwerk die in het kader van hun eigen opdrachten kunnen optreden.

Het partnerschap krijgt stilaan concreet vorm en zal nadien wellicht uitgebreid worden, om zo te kunnen rekenen op de ruime ervaring van volgende verenigingen: de DMBSH (Dienst voor Maatschappelijke Begeleiding van Sociale Huurders), de steuncel van SMES-B (geestelijke en sociale noodsituaties), Diogènes (straatwerk), CAW Huis van Vrede (Dienst begeleid wonen voor daklozen), Syner’Santé (project van de vzw Spullenhulp voor de ambulante begeleiding van mensen die met een verslaving kampen), de dienst voor geestelijke gezondheidszorg La Gerbe, het Projet Lama (dienst voor druggebruikers), het Transit Centrum (crisisopvangcentrum voor drug- of alcoholgebruikers), het OCMW van Schaarbeek, de Schaarbeekse Haard, zijn samenlevingsmedewerkers en de sociale cohesieprojecten.

De administratieve verantwoordelijkheid van het project “Housing First Brussels” wordt gedragen door de SMES-B*. Kan u ons uitleggen wat “SMES-B” precies is en hoe de vzw werkt?

In deze tijden worden de vormen van bestaansonzekerheid alsmaar complexer en raken verstrengeld. Een dakloze heeft niet alleen letterlijk geen dak boven het hoofd, maar kampt ook met medische, psychische, administratieve problemen en met verslavingen allerhande. Studies toonden al aan dat bij meer dan 30% van de mensen die op straat leven, een psychose voorkomt.

Deze complexe mix van problemen maakt de opvang moeilijker. Het is voor een geestelijke gezondheidsdienst niet gemakkelijk om te werken met mensen die op straat leven. En het is voor de daklozensector al evenmin gemakkelijk om met psychotische mensen te werken.

Het doel van SMES-B (staat voor geestelijke gezondheid – sociale uitsluiting België) is dat beroeps in samenspraak werkwijzen bepalen die het mensen die zowel geestelijk lijden als in een sociale noodsituatie verkeren, gemakkelijker moeten maken om de nodige hulp en zorgen te krijgen op lange termijn.

Voor die mensen die aan de zelfkant van de maatschappij leven en tegelijk psychisch in nood zijn, wil SMES-B:
– de toegang tot zorg en hulp bevorderen;
– meer overleg in hulp en zorg bevorderen om, onder meer, het pingpongspel tussen de instellingen of sectoren zoveel mogelijk te vermijden;
– de continuïteit van de zorg en de hulp bevorderen.

Dat begint met de ondersteuning van de beroeps die vaak op een muur botst als al die problemen samen zijn ingreep wel heel erg complex maken. Dan moet gewerkt worden aan de moeilijkheden waar de eerstelijns mee te maken krijgen en moeten er nieuwe werkwijzen worden gepromoot in en tussen de sectoren, om zo bruggen te bouwen tussen de sectoren en de instellingen.

SMES-B wil ook de verantwoordelijkheid op zich nemen om te informeren, zowel naar de burgers als naar de politiek toe, om ze duidelijk te wijzen op de dagelijkse strijd van mensen in nood. Deze informatie-opdracht moet leiden tot samenhangende psycho-medische-sociale beleidslijnen, met een positieve discriminatie van de meest marginale groepen.

En tot slot wil SMES-B zo ook vernieuwende projecten uitbouwen, die experimenteren met samenwerking tussen beroeps uit verschillende disciplines en aanverwante sectoren. Dat is bijvoorbeeld het geval van “Housing First”.

Welk verband ziet u tussen geestelijke gezondheid en sociale uitsluiting / dakloosheid?

Er is een dubbel verband. Mensen die geestelijk niet helemaal gezond zijn, hebben het ook vaak moeilijk om huisvesting te vinden of te houden. Anderzijds komt wie op straat gezet werd, in moeilijke levensomstandigheden terecht die zijn lichamelijke èn vooral geestelijke gezondheid in gevaar brengen. Bovendien bemoeilijkt sociale uitsluiting de toegang tot de gezondheidszorg.

Voor SMES-B is het een noodzaak dat sectoren en instellingen die werken in de sociale sector en in de geestelijke gezondheidszorg de handen in elkaar slaan. In situaties waarin dergelijke sterk verweven problemen zich opstapelen, haalt begeleiding zonder overleg weinig of niets uit. Elke activiteit, elke werkgroep, elke functie zoomt in op het eigen luik van sociale hulpverlening en geestelijke gezondheid.

Deze samenwerking tussen sectoren (wat hier wil zeggen ‘samen werken’ aan de zijde van de andere pool, wat meer inhoudt dan gewoon op elkaar aanhaken), ligt aan de basis van een heus netwerk.

De combinatie sociale opvang/geestelijke gezondheid moet voortdurend verder bijgeschaafd worden. Deze steunt op uiteenlopende competenties (systeemtechnische, analytische, medische aanpak, begeleiding,…) en maakt het gemakkelijker om verder te gaan dan de methodologische referenties van elke sector, van elke competentie.

De mobiele cel voor de strijd tegen verslavingen van Spullenhulp, “Syner’Santé“, werkt mee aan het project “Housing First Brussels”. Wat is daar volgens u het nut van?

Syner’Santé” heeft zeer gerichte ervaring in de psychosociale begeleiding van mensen die met een verslaving kampen.

Als de persoon in kwestie hulp en zorg krijgt via een netwerk, kan de mobiele cel vlotter werken aan heropbouw en stabilisering en de zaken zowel administratief als sociaal weer op de sporen zetten. Dit werk vooraf maakt in een tweede fase mogelijk om de problematiek van het gebruik aan te pakken. Het is immers zo dat wanneer de situatie van iemand verbetert, er ook diepgaander kan gewerkt worden.

Deze deskundigheid is niet enkel erg nuttig voor het project “Housing First Brussels”, maar is ook op diezelfde filosofie en waarden gestoeld. Het welzijn van de persoon is primordiaal en de dienst tracht altijd eerst en vooral in te spelen op zijn specifieke behoeften.

Denkt u dat het ook zonder dergelijk instrument kan?

Het huidige systeem voor de opvang van daklozen biedt snelle en onmisbare oplossingen voor heel wat mensen die op straat of in noodsituaties leven. Maar er is nog een andere voorziening nodig om beter te kunnen inspelen op de behoeften van een populatie die kwetsbaarder is en maar blijft opboksen tegen dezelfde problemen. Het spreekt vanzelf dat de benaderingen die op huisvesting gericht zijn er een gepast antwoord op lijken te geven.

De Europese consensusconferentie over dakloosheid heeft net die benaderingen die op huisvesting gericht zijn, onderbouwd en eraan herinnerd dat het stichtend project van het concept “Housing First – Pathways to Housing” mogelijk maakte om aan te tonen dat mensen waarvan werd gedacht dat ze moeilijk te huisvesten waren toch stabiel en zelfstandig konden wonen in autonome appartementen, als ze maar de geschikte begeleiding kregen.

Sinds enkele jaren worden er “Housing First” projecten opgezet in tal van Europese landen en ze blijken efficiënt. Meer dan 80% van de mensen behouden hun woonst en hun welzijn verbetert er fors op.

Het is dus tijd èn relevant dat Brussel dergelijke projecten als “Housing First Brussels” opzet.

* – Spullenhulp maakt deel uit van de Raad van Bestuur van de SMES-B. Maatschappelijk werkers van het Onthaaltehuis van Spullenhulp en van de vzw “Een Eigen Dak” (dienst posthuisvesting van Spullenhulp) genieten dagelijks van deze samenwerking.